Van Kenniswerker naar Kenniswerk
Wie is nu precies de kenniswerker? Is dat die hoog opgeleide medewerker? Die piloot of chirurg met unieke kennis die hem of haar een unieke onderhandelingspositie geeft? Vroeger waren dit misschien de kenniswerkers. Inmiddels kunnen organisaties het zich niet veroorloven kenniswerkers zo smal te definiëren. Het is voor hen zaak om de ‘collectieve slimheid’ te organiseren. Veel medewerkers hebben het ‘slim zijn’ in de loop der tijd afgeleerd. Er zijn organisaties die hun medewerkers met een ingebouwd wantrouwen tegemoet treden: Zij vragen zich af ‘hoe voorkomen we dat medewerkers te vroeg weg gaan, dat ze ons bestelen, dat ze zich onttrekken aan hun verantwoordelijkheden…’ . Maar er zijn ook organisaties die medewerkers laten merken dat ze nodig zijn. Die zeggen: ‘jij bent nodig hier. Laten we samen zoeken naar hoe we het beter, sneller, slimmer, aantrekkelijker en goedkoper kunnen organiseren voor onze klanten en voor ons zelf … ‘ Dat is een manier van werken die veel meer verbindt. Dan is er minder sturing en controle nodig. De keerzijde is dat er ook medewerkers zijn die zeggen ‘voor mij hoeft dat niet, zeg mij maar wat ik moet doen’. Voor die medewerkers is steeds minder plek.
Als je erop uit bent zoveel mogelijk medewerkers te betrekken in het proces van kennisproductiviteit is het begrip kenniswerker niet meer nodig om een bepaalde groep medewerkers af te zonderen. De exclusiviteit is er vanaf. Het concept is nog steeds behulpzaam om de aandacht te vestigen op het anders inrichten van het werk. Wat dat betreft zou je misschien beter kunnen spreken van kenniswerk.
Terug naar overzicht